"Belangstelling tonen in anderen houdt mijn wereld ruim."

Scroll down

Rotterdammers zorgen voor elkaar, toch!

Het verhaal van...

Adri van Hilten-Bakker (92)

Een tijdje geleden nam Adri van Hilten – Bakker afscheid. In het ziekenhuisbed, omringd door haar kinderen en kleinkinderen, vertelde ze een prachtig leven geleid te hebben. Ze was een paar dagen ervoor met een longontsteking en hartinfarct opgenomen en het zag er niet goed uit. Adri: “En wat denk je? De dag erna werd ik wakker en dacht; ik ga nog niet, ik heb er weer zin in.”

Er zín in hebben: precies dat beeld schetst de Rotterdamse-van-Zuid als je haar treft in haar ruime appartement in Pendrecht. De haren keurig gekapt, de ketting om haar hals met zorg uitgezocht bij het gebreide vest. Ze zit ontspannen in haar stoel, beentjes omhoog, omringd door foto’s van kinderen, kleinkinderen én achterkleinkinderen. Links van haar stoel ligt een stapel lectuur. “Ik verveel me nooit”, zegt ze. “Ik sta op tijd op en ga altijd pas tegen twaalven naar bed. Wat ik allemaal doe? Rommelen, televisie kijken… En de krant lezen – daar doe ik wel een hele ochtend en middag over maar” – ze lacht – “dan ben ik weer helemaal bij!” 

Samenloop
Iedere dag komt er bezoek. Ook vandaag weer: dochter Marijke zit tegenover haar moeder op de bank en heeft net koffie gezet. Zelf kan Adri dat ook nog – “ik kook nog iedere dag” – al loopt ze sinds een jaar of vijf wel met een rollator door het huis. “Ik heb mijn heup gebroken”, vertelt ze. “Nu alweer vijf jaar geleden – het gebeurde twee dagen nadat mijn man Gerrit overleed.” Een zeer ongelukkige samenloop van gebeurtenissen, zou je denken. “Ja en nee”, besluit Adri na even te hebben nagedacht. “Natuurlijk, ik kreeg geen tijd om te rouwen – die ruimte kwam pas veel later. Maar ik had intensieve verzorging nodig en dat betekende dat ik en mijn twee dochters en de overige familieleden de tijd na Gerrits overlijden intensief samen waren.” Marijke knikt trots: “Mijn moeder staat enorm positief in het leven.”

Adri groeide op in de Wolphaertsbocht in Rotterdam-Charlois. “Mijn man kreeg een baan als lasser bij de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij en zo kregen we samen onze eerste eigen woning op Heijplaat. Dat was destijds een dorp, iedereen werkte op het Droogdok.” Toch was het soms lastig: “Het was best een gesloten gemeenschap, met een harde kern van dorpsbewoners; nieuwkomers hoorden er nooit helemaal bij. Toch kijkt ze er positief op terug: “We hebben er samen en later met onze drie kinderen goed geleefd, voordat we naar de Boergoensevliet verhuisde.”

Joegoslavië
De mooiste tijd in haar leven? “De geboorte van mijn drie kinderen, later mijn (zeven!) kleinkinderen – inmiddels is het achtste achterkleinkind op komst. Ik zie ze allemaal vaak. Maar ik heb ook enorm geboft met Gerrit; hij was een sterke lieve man, echt een goedzak, en liet me heel vrij. Ik ging weleens met mijn twee dochters en schoondochter of met vriendinnen naar Parijs, maar samen maakten we ook reizen. Naar Spanje, Joegoslavië…” Tijdens een reis naar die laatste bestemming kreeg Gerrit voor het eerst hartklachten. “Afschuwelijk. Hij werd naar een lokaal ziekenhuis gebracht, ik had geen idee waar hij was, niemand zei wat…”

Ze wijst op een foto aan de muur. “We hadden samen ook nog een heerlijke volkstuin achter de Zuiderbegraafplaats – het huisje had Gerrit zelf nog gebouwd. Na toenemende gezondheidsklachten bij Gerrit hebben we het verkocht. Na zijn overlijden ben ik gaan cruisen – ik ben nog met de Holland Amerika lijn mee geweest.”

“Geniet van het leven, wees gelukkig met wat je hebt”

Professor
“Ik heb al een mooi leven gehad, als het ophoudt mag ik niet klagen”, antwoordt Adri op de vraag of ze nog wensen over heeft. “Maar ik hoop dat mijn lijf nog even meegaat.” Ze wijst op een foto waarop ze tussen haar twee kleindochters – een tweeling – en een professor staat. “Allebei afgestudeerd als arts, ik was bij de uitreiking. Dat was een droom die uitkwam.”

Nog een keer een trouwerij van een van haar kleinkinderen meemaken, dat zou Adri nog wel willen. En laatst stelde dochter Marijke en haar man voor nog een keer met z’n allen naar Benidorm te gaan. “Je hebt daar een hele gezellige boulevard. Joh, wie weet!”

Het geheim van oud worden? “Goed eten, niet roken en niet teveel piekeren. Geniet van het leven, wees gelukkig met wat je hebt. Mijn kleinkinderen houden me bij de tijd; ik vraag altijd honderduit naar wat er in hun leven speelt. Ook aan de mensen die hier thuis komen om me te helpen. Dat is belangrijk, belangstelling tonen. Het houdt mijn wereld ruim.” Alsof het is ingestudeerd gaat de deurbel en komt de dame van de zorg met haar baby even hallo zeggen; ze is met vijf minuten weer weg. Adri: “Kijk, dat bedoel ik. Dat is toch leuk?”

Rolstoelenstoet
Soms gaat ze beneden bingoën. “Het is hier bij Aafje altijd gezellig en ze doen ook veel voor de mensen.” Toch is niet alles voor haar weggelegd: “Laatst kwamen er studenten langs die met de mensen in rolstoel gingen wandelen; er waren bijna dertig aanmeldingen. Ik heb natuurlijk hulp zat, maar fijn dat het er is voor mensen die dit niet hebben.” Ze barst in een schaterlach uit en slaat even genegeerd haar hand voor de mond: “Maar ik heb bedankt. In zo’n rolstoelenstoet door de wijk gereden worden… daar ben ik te trots voor hoor!”

 

Eerder in de zorg gewerkt? Klik hier voor meer info!

 

Deel dit bericht: